Al wandelend door de bossen rond Grobbendonk,
hoorde ik een bijzonder hoog, krakend gefluister.
Uiteraard zocht ik meteen van waar dat wel klonk.
Zoeken deed ik systematisch erg snel, her en der.
Plots zag ik het duidelijk, daar stond hij klein en fijn.
Bang was hij niet, hij lachte zo lief en zei, mi scusi.
Italiaans vermoedde ik, dat ken ik echt net niet, zie.
In het keurig Nederlands zei ik stil, ik versta u niet
Ik ben Italiaan, maar ben hier al erg lang in verdriet.
Hij was niet te houden en hij babbelde honderd uit.
Pinokkio is mijn grootoom, die familie is niet meer.
ach ja, het liep erg uit de hand, snik het moest eruit
Liegen werd hun eerste natuur absoluut geen eer.
Lang geleden al werden ze verbrand, daarmee uit.
Het geluk was aan mijn zijde, ik verdween meteen.
Hier heb ik een goed leven, rustig mooi en sereen.